Beschrijving

• Kook, stoom of bak de dumplings volgens de aanwijzingen op de verpakking of je eigen recept. Zet ze daarna even apart.
• Spoel de komkommer goed af onder koud water. Je kunt hem schillen als je dat fijner vindt, maar dat hoeft niet. Leg de komkommer op een snijplank. Gebruik de platte kant van een groot keukenmes, een deegroller of zelfs een stevige pan. Duw of sla met een ferme klap op de komkommer zodat hij openbarst en in grove, onregelmatige stukken breekt. Je wilt dat hij scheurt, niet netjes gesneden is. Na het pletten snijd je de komkommer in stukjes van 3-4 cm. Ze mogen een beetje rommelig zijn – dat hoort erbij.
• Was de lente-ui goed en verwijder eventueel lelijke buitenste blaadjes. Snijd de worteluiteinden en het bovenste deel (het donkergroene, wat taaier) eraf, maar bewaar het witte en het lichtgroene deel. Halveer de lente-ui in de lengte. Leg de lente-ui plat op de snijplank en snijd hem voorzichtig in de lengte door midden. Leg de twee helften plat op de snijplank met de snijkant naar beneden zodat ze stabiel liggen. Snijd met een scherp mes in hele dunne reepjes van boven naar beneden. Hoe dunner, hoe beter!
• Snijd de rode kool heel fijn. Halveer de snoeptomaatjes. Hak de rode peper fijn.
• Meng alle ingrediënten voor de dressing in een kommetje. Proef en pas aan naar smaak (meer limoensap, meer pit, etc.).
• Meng de warme (of lauwwarme) dumplings, rode kool, komkommer, snoeptomaatjes, lente-ui en rode peper in een grote kom. Voeg de dressing toe en meng voorzichtig.
• Garneer met verse koriander en geroosterde sesamzaadjes.
  
  Tip:
  Wil je het extra fris? Voeg wat dun gesneden radijs of taugé toe. Of voor crunch: wat gebakken uitjes of pinda’s erover!